'Onder Water bij het fort' is een fantasievol leesboek met veel krabbels en vol avonturen. Voor de leeftijd van ca. 8-10 jaar. Twee vrienden bouwen een duikboot en gaan op pad. Dan blijkt dat ze in de tijd kunnen reizen. Zo komen ze terecht in 1916, in de Eerste Wereldoorlog. Ze komen boven in een hele andere wereld. Het land staat onder water, heel veel mannen zijn opeens soldaat geworden en internet bestaat nog niet. En dan heeft iedereen ook nog eens van die rare kleren aan en betalen ze met vreemd geld. Als de hoofdrolspelers op het spoor komen van een geheim dat hééél gevaarlijk is, dan moeten ze dat (met behulp van kinderen uit die tijd, een pratende postduif en andere helpers) ontraadselen om het avontuur tot een goed einde te brengen. Kortom, echt super spannend.

Het speelt af in de Nieuwe Hoillandse Waterlinie.

Uitgeverij Aandacht te Hilversum

Verkoopprijs: 14,95 euro, 256 pg, hardcover, veel zwart/wit illustraties.

Verkrijgbaar via de webshop GooisKunstkabinet.nl of mail ons!

Dees en Douwe stellen de boot zo in dat ze meer dan 125.000 dagen achteruitvaren en boven water komen in de Oude Hollandsche Waterlinie, in de zomer van het rampjaar 1672. Daar komen ze terecht in een legerkamp van de republiek der Nederlanden terwijl aan de andere kant van het water een vestingstadje is bezet door soldaten van de Franse koning Lodewijk XIV.

Prins Willem III van Oranje heeft van de Nederlandse regering de opdracht gekregen om de veldtocht tegen de Fransen te leiden, maar het Franse leger heeft veel meer soldaten, kanonnen, paarden, geweren en andere spullen. Het Nederlandse leger bestaat gedeeltelijk uit ‘huurlingen’, soldaten die trouw hebben gezworen aan hun eigen kapitein en willen vechten voor iedereen die ze maar wil betalen. En voor de rest uit gewone burgers, die in de grote steden in schutterijen georganiseerd waren en nu naar het kamp zijn gekomen.

In het Nederlandse kamp ontmoeten Dees en Douwe de jonge schutter Arie die voor de paarden in het Nederlandse kamp zorgt, en zijn zusje Aaltje die in de keuken werkt. Om een idee te krijgen waar de Franse soldaten precies zijn en hoe ze het vestingstadje kunnen benaderen, worden tekenaar Korneel, Arie en Douwe op onderzoek gestuurd.

Als ze horen dat de Franse commandant in het vestingstadje een grote kist vol met gouden en zilveren munten heeft, maken ze een plan om die kist te roven en het geld aan de commandant van het Nederlandse kamp te geven.

Om te zorgen dat ze niet opvallen moeten Douwe en Dees zich natuurlijk wel op de juiste manier kleden en zich gedragen als gewone mensen uit de ‘gouden eeuw’.